ICSI

De behandeling lijkt op een ivf-behandeling. Het verschil is dat we bij de bevruchting in het laboratorium gebruikmaken van één zaadcel per eicel. Deze zaadcel injecteren we met een heel kleine naald direct in de eicel, waarna de zaadcel de eicel bevrucht.

Hoe werkt ICSI?

• Als vrouw krijgt u hormonen om ervoor te zorgen dat er veel follikels (eiblaasjes) ontwikkelen.
• Daarna volgt een punctie via de schede. Op die manier prikken we de ontwikkelde eiblaasjes aan en zuigen we ze voorzichtig op.
• We doen de eiblaasjes dan in een verwarmde box. De man neemt deze mee naar het Radboudumc in Nijmegen. Daar levert hij ook sperma in.
• In het laboratorium injecteert een laborant een zaadcel rechtstreeks in de eicel. Daarna bevrucht de zaadcel de eicel.
• De bevruchte eicel wordt na ongeveer drie dagen teruggeplaatst in de baarmoeder van de vrouw. Dit gebeurt ook in het Radboudumc.
• Na twee weken kunt u thuis een zwangerschapstest doen.
• De kans op zwangerschap is onder meer afhankelijk van de leeftijd van de vrouw. Gemiddeld leidt een ICSI-behandeling in 20 procent van de gevallen tot een zwangerschap.

Wanneer krijgt u een ICSI-behandeling?

Uw gynaecoloog bespreekt met u wat de mogelijkheden zijn. Dat hangt onder meer af van uw leeftijd en de uitslagen van uw echo- en hormoononderzoek. U kunt voor een ICSI-behandeling in aanmerking komen wanneer het sperma onvoldoende kans geeft op een zwangerschap. We kunnen kiezen voor ICSI wanneer er te weinig zaadcellen zijn om de eicellen te bevruchten bij een ivf-poging. Of wanneer er bij een eerdere ivf-poging heel weinig bevruchte eicellen waren.